In een column op SportKnowHow XL pleitte Joop Alberda vorige week voor een beweegplicht, net als de leerplicht. Een plicht die na het achttiende levensjaar wordt omgezet in een beweegrecht. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat de kans dat volwassenen op latere leeftijd (nog) sporten en/of bewegen, veel groter is als zij ermee zijn opgegroeid. De maatschappelijke baten zijn volgens Alberda dan ook evident. Hans Zwerver is voorzitter van het ‘National Center Exercise is Medicine’ en pleit er ook voor dat mensen (meer) gaan bewegen om zo de zorgkosten kunnen beperken. “Als mensen meer en op maat gaan bewegen, is er een enorme gezondheidswinst te behalen.”
Exercise is Medicine
Hans Zwerver is bijzonder hoogleraar Sport- en Beweeggeneeskunde bij het UMCG en als sportarts werkzaam bij Sports Valley, het sportmedisch centrum van Ziekenhuis Gelderse Vallei voor alle zorg rondom sport gerelateerde problemen. Daarnaast is hij voorzitter van het ‘National Center Exercise is Medicine’ (NCEIM) dat sinds afgelopen zomer een feit is. Met 15 koepelorganisaties uit zowel de zorg als de sport en het beweegveld wil men concreet invulling geven aan hun missie ‘bewegen als medicijn’. Dit lijkt misschien geen hogere wiskunde, maar hoe voor de hand het ook mag liggen is er nog veel te doen om dit echt te effecturen. In zijn dagelijkse praktijk ziet Hans Zwerver de meerwaarde van bewegen in de zorg, toch is het binnen andere disciplines in de zorg nog niet zo gebruikelijk om bewegen te integreren in de behandeling van een patiënt. Daarnaast merkt Zwerver ook dat bij de beweegsector nog niet altijd iedereen voldoende op de hoogte is. “Het begeleiden van patiënten vergt natuurlijk ook de nodige expertise, je moet voorkomen dat mensen verkeerd of te veel worden belast. Er is gelukkig al veel -letterlijk en figuurlijk- in beweging gezet, tegelijkertijd zien we nog steeds dat er een kloof is tussen de zorg en de beweegwereld. Maar als mensen meer en op maat gaan bewegen, is er al een enorme gezondheidswinst te behalen
Very Brief Advice
Hoewel Zwerver heilig overtuigd is van de meerwaarde van sport, merkt hij dat in de praktijk patiënten en artsen nog te veel gewend zijn aan het gebruik van medicatie. En als patiënten gaan bewegen, is het lastig om hen in beweging te houden. “Dit moeten we echt veranderen. Onder meer moet bewegen worden opgenomen in de richtlijnen van de medische zorg. Zorgverleners moeten proactief en op maat ‘bewegen’ gaan voorschrijven bij een behandeling, in het kader van preventie of bij een (chronische) aandoening. Artsen hoeven daarvoor echt geen beweegexperts te worden, het gaat om een gerichte verwijzing naar sport- en beweegprofessionals voor passende beweegactiviteiten. Uit ervaringen weten wij al hoe belangrijk het kan zijn als artsen het kort aanstippen. Zo is gebleken dat cardiologen die patiënten die rookten in slechts 30 seconden wezen op een rookstopbegeleider, ook wel het Very Brief Advice genoemd, al resultaat boekten.” Daarnaast pleit Zwerver voor netwerken met organisaties uit het zorg- en beweegveld om vervolgens de verbinding te leggen tussen zorg en bewegen. Een landelijk netwerk rondom bewegen waarin zorgverleners en beweegaanbieders proactief en op maat samenwerken op het gebied van preventie en behandeling van (chronische) aandoeningen. “Het is ook van belang dat wanneer mensen gaan bewegen goed worden begeleid door sport- en beweegprofessionals en gemotiveerd om te blijven bewegen. Zo kunnen we de fysieke en mentale gezondheid en fitheid van de Nederlandse bevolking beïnvloeden en tegelijkertijd de medicatie verminderen.”
Bovenstaande is een publicatie op ZwembadBranche, een platform voor professionals in de zwembranche.
Lees het gehele interview met Hans Zwerver in ZwembadBranche